De transfermarkt van de MotoGP bleef in 2024 heel rustig, totdat Ducati in Mugello de knoop doorhakte en Marc Márquez aanstelde als de teamgenoot van Francesco Bagnaia in 2025 en 2026. Dat was voor Jorge Martín, de andere kanshebber op het plekje, het moment om snel aan een deal met Aprilia te werken. Die kwam dan ook snel tot stand nadat hem duidelijk werd dat hij het fabrieksteam van Ducati kon vergeten. Aprilia maakte vervolgens in korte tijd een geïmproviseerde video om Martín aan te kondigen voor 2025 en 2026, nog voordat Ducati de keuze voor Márquez wereldkundig maakte.

Een half jaar later werd Martín tijdens de teampresentatie gepresenteerd als de man die de kar moet trekken bij Aprilia. Dat doet hij met startnummer 1, waar hij recht op heeft na het behalen van de wereldtitel van afgelopen seizoen. Voor het Italiaanse merk is het een luxepositie, al moet men ook een stapje extra zetten om een terugval als in de afgelopen twee seizoenen te voorkomen. Zowel in 2023 als in 2024 begon Aprilia nog sterk aan het seizoen, om gedurende het jaar steeds verder weg te zakken.

Zelf stelt Aprilia zich bewust te zijn van de verantwoordelijkheden die horen bij een wereldkampioen in het team. Ook zegt men de noodzaak te zien om de achterstand op Ducati te verkleinen. De fabrikant uit Bologna kende vorig jaar haar beste seizoen in de MotoGP, terwijl de buren uit Noale juist een klein stapje achteruit zetten. Het resulteerde in een derde plek bij de constructeurs met 25 punten minder dan KTM, dat opnieuw tweede werd. Waar in 2023 nog twee Grands Prix werden gewonnen en er zes podiumplaatsen waren voor Aprilia, bleef het in 2024 bij slechts één overwinning – die meteen ook de enige podiumplaats was.

Foto door: Aprilia Racing

Aprilia heeft echter goede papieren om in 2025 eindelijk voorbij te gaan aan KTM, dat vanwege torenhoge schulden momenteel door een reddingspoging gaat. Ook is nog onduidelijk hoe de Oostenrijkse fabrikant uit deze situatie komt. Schuldeisers hebben inmiddels druk gezet op KTM om per 2026 uit de MotoGP te vertrekken, maar voordien zullen de vier gecontracteerde rijders de gevolgen al voelen. Ze weten dat de ontwikkeling van de RC16 tot een absoluut minimum beperkt gaat worden en dat kan weer zeer grote gevolgen hebben voor het prestatieniveau van de Oostenrijkse motorfiets.

Daarnaast zijn Honda en Yamaha nog altijd bezig met hun strijd om uit het diepe dal van de afgelopen seizoenen te klimmen. In tegenstelling tot Aprilia beschikken de Japanse merken over diverse concessies die voor meer vrijheden qua testen en ontwikkeling zorgen, maar tegelijkertijd is hun achterstand zo groot dat het schier onmogelijk lijkt om de aansluiting nog voor de nieuwe reglementen van 2027 te vinden. Zo heeft Aprilia dus een uitgelezen mogelijkheid om de eigen groei voort te zetten, al moeten de dingen wel goed gedaan worden. Lukt dat niet, dan loopt men het risico ontmaskerd te worden door het uitblijven van de verwachte stap voorwaarts.

Het aantrekken van Martín zorgt er in ieder geval voor dat de vragen over de kwaliteit van de rijders verstommen. Tegelijkertijd worden de ogen hierdoor nog meer gericht op de motorfiets. “Het hebben van Jorge? Je kan het zowel druk als motivatie noemen, maar druk zorgt uiteindelijk voor motivatie. Dat geldt ook voor verantwoordelijkheid, dus we zijn zeer gemotiveerd”, zegt Aprilia Racing CEO Massimo Rivola tegen Motorsport.com. “Aprilia kan hem een goede plek bieden, net als een goede motorfiets om op te rijden en te winnen. Het is duidelijk dat we niet de referentie zijn en we weten ook welke motor dat wel is. Maar het is ons doel om het alternatief te zijn voor die referentie.”

Martín krijgt in de persoon van Marco Bezzecchi een teamgenoot die eveneens nieuw is bij Aprilia. Van de Italiaan wordt verwacht dat hij de consistentie vindt die het afgelopen seizoen juist ontbrak. “Ik heb altijd gezegd dat er rijders zijn die meer talent hebben dan ik. Ik heb races gewonnen met Aprilia en met het talent dat Jorge heeft, denk ik dat hij zeker in staat is om met deze motor voor de titel te vechten. Ik zeg niet dat het hem meteen lukt, maar ik geloof erin dat hij het kan”, voegt Aleix Espargaró, die drie van de vier MotoGP-zeges van Aprilia behaalde, toe.

Voor het eerst vier identieke motorfietsen

Met Martín en Bezzecchi heeft Aprilia een van de sterkste line-ups van het moment. Diverse indicatoren suggereren dat het aantrekken van de wereldkampioen niet alleen het gevolg is van de kansen die de markt boden, maar dat er ook echt verlangen is om te groeien als fabrikant. Zo is de samenwerking met satellietteam Trackhouse sterker gemaakt, nadat er in 2024 een gehaast begin plaatsvond. Zo moest Raúl Fernández een groot deel van het seizoen met de RS-GP23 rijden, terwijl zijn collega’s op de RS-GP24 reden. Daar heeft Aprilia echter van geleerd, want tijdens de test in Sepang worden liefst tien exemplaren van de nieuwe RS-GP25 gebruikt: de rijders van het fabrieksteam én Trackhouse krijgen er twee per persoon, de overige twee worden ingezet door het testteam.

Massimo Rivola, CEO Aprilia Racing

Foto door: Aprilia Racing

“Het hebben van de kampioen is niet alleen een verantwoordelijkheid, maar vooral een enorme kans”, zegt Fabiano Sterlacchini, de nieuwe technisch directeur van Aprilia, tijdens de teampresentatie. “Jorge arriveert hier als wereldkampioen en hij komt van de motor die het referentiepunt is. Dat helpt ons om onszelf te evalueren en te achterhalen waarop we ons moeten richten. Dat is een belangrijk aspect van ons werk. We willen de top bereiken, maar daarvoor moeten we wel enkele stappen zetten. Het eerste punt is dat onze rijders, die nieuw zijn, volledig moeten wennen aan hun nieuwe motorfiets. Dan pas zijn ze in staat om het maximale te halen uit datgene wat ze hebben.”

Met Martíns naam en zijn startnummer 1 begint Aprilia in 2025 aan een nieuwe fase. Logischerwijs neemt dat startnummer echter ook gevaren mee, erkent Rivola. “We zijn een bedrijf dat in staat is om de impact van de komst van een wereldkampioen aan te kunnen. Als we falen, dan is het onze fout en niet die van iemand anders.”