De zaterdagse sprintrace van de MotoGP in Jerez de la Frontera verliep ronduit chaotisch met veel crashes. Jorge Martín zegevierde uiteindelijk, voor Pedro Acosta en Dani Pedrosa. Tijdens de Grand Prix van Spanje nam alleen Martín plaats op de eerste startrij, maar wel in derde positie. Hij moest polesitter Marc Márquez en Marco Bezzecchi voor zich dulden op de grid in Zuid-Spanje, waar de zon inmiddels gezelschap had gekregen van enkele wolken. Desondanks waren de omstandigheden uitstekend voor de race over 25 ronden.

De gehele eerste rij kwam goed van de plek bij de start en het was Márquez die als eerste door de eerste bocht kwam, terwijl Martín langs Bezzecchi ging voor de tweede plaats. Francesco Bagnaia begon goed vanaf de derde startrij en klom meteen naar de vierde plek, waarna hij bij het aanremmen voor bocht zes knap buitenom voorbij ging aan zowel Bezzecchi als Martín. In de laatste bocht volgde ook een aanval op Márquez, waardoor de als zevende gestarte Bagnaia als leider door kwam na de eerste ronde. Acosta kende intussen een povere start en mede door een aanvaring met Johann Zarco viel hij in de openingsronde terug naar de achttiende positie.

Martín opent sterk, maar crasht vanuit leiding

In de tweede ronde deed Márquez in de eerste bocht een poging om de leiding te heroveren, maar de Gresini-rijder ging wijd en opende zo de deur voor Martín om P2 over te nemen. In de laatste bocht werd de WK-leider van Pramac zelfs gepromoveerd tot leider, doordat Bagnaia even wijd ging. De twee titelrivalen van vorig seizoen legden vervolgens gezamenlijk een stevig tempo op aan de rest van het veld, waardoor ze langzaam een paar tienden uitliepen op de achtervolgers. Zij werden aanvankelijk aangevoerd door Márquez, maar de Spanjaard zag in de vierde ronde Bezzecchi voorbijkomen in de laatste bocht. Enkele momenten eerder was de race van Dani Pedrosa al ten einde gekomen door een crash in bocht acht.

Augusto Fernández kende intussen een race om snel te vergeten. De Spanjaard van GasGas Tech3 maakte een valse start, die bestraft werd met twee long lap-penalty’s. Toen hij die vervolgens niet snel genoeg inloste, kreeg hij in de negende ronde zelfs een verplichte trip door de pits aan zijn broek. Ook voor Zarco en Aleix Espargaró mondde de race uit in een drama. In de tiende ronde kwam het tweetal met elkaar in aanraking in bocht vijf, waardoor ze allebei een forse crash meemaakten en uitvielen. Vooraan slaagde Martín er intussen in om Bagnaia de druk van Bagnaia te weerstaan, totdat de Spanjaard in de elfde ronde onderuit gleed in bocht zes. Ook zijn race kwam daarmee vroegtijdig ten einde.

Bagnaia erfde door de crash de leiding, met een gaatje van enkele tienden richting Bezzecchi en Márquez. Terwijl de VR46-rijder langzaam maar zeker meer ruimte moest laten richting de leider, voerde de thuisheld de druk op. In de veertiende ronde volgde in bocht zes dan ook een succesvolle aanval, waarna de zesvoudig MotoGP-kampioen aan de klus begon om het gat van een ruime seconde richting de regerend wereldkampioen te dichten. Bezzecchi belandde intussen in niemandsland. Hij kon het tempo van de twee leiders niet volgen, terwijl hij sneller was dan het achtervolgende groepje met Álex Márquez, Brad Binder en Enea Bastianini.

Bagnaia slaat ultieme aanvallen Márquez af

Een stukje daarachter duelleerden Jack Miller en Franco Morbidelli om de elfde positie, een gevecht dat in de achttiende ronde in tranen zou eindigen. Miller ging ietwat wijd in bocht vijf en opende daarmee de deur voor Morbidelli, die zijn kans greep en daarbij onderuit gleed. De KTM-rijder werd daar – tot grote frustratie – het slachtoffer van, want voor beide rijders kwam de race ten einde. Vooraan slaagde Márquez er intussen in om het gat met Bagnaia geheel te dichten. Het leidde in de 21ste ronde tot een aanval in bocht negen, die aanvankelijk succesvol leek totdat Bagnaia in bocht tien – met enig contact – counterde. Een ronde later deed Márquez een nieuwe poging, maar wederom kon Bagnaia succesvol counteren.

In de daaropvolgende ronde nam Bagnaia met de snelste raceronde ooit in Jerez afstand van Márquez, waarna zijn derde opeenvolgende zege in de Spaanse Grand Prix niet meer in gevaar kwam. Achter Márquez stelde Bezzecchi zijn eerste podiumplek van het seizoen veilig, terwijl Álex Márquez vierde werd. Enea Bastianini nam in de slotronde de vijfde plek van Brad Binder over, terwijl Fabio di Giannantonio op de zevende plek de laatste Ducati aan de finish was. Miguel Oliveira was op P8 de beste Aprilia-rijder, vlak voor Maverick Viñales en Acosta, die zich nog naar de tiende plek knokte. Raúl Fernández, Joan Mir, Álex Rins, Takaaki Nakagami en Fabio Quartararo eisten de laatste punten op in Jerez.

Ondanks zijn crash blijft Martín leider in het wereldkampioenschap, maar zijn voorsprong is flink teruggelopen. Bagnaia stijgt met stip naar de tweede plaats, terwijl Bastianini de derde plaats blijft bezetten. Over twee weken wordt het MotoGP-seizoen vervolgd met de Grand Prix van Frankrijk.

Uitslag MotoGP Grand Prix van Spanje